raadscommissie Samenlevingszaken 15 september 2009

woensdag 16 september 2009

uitgebreid verslag raadscommissie Samenlevingszaken 15 september 2009

raadscommissie Samenlevingszaken 15 september 2009

 

Mededelingen

Wethouder Roskam meldt dat het UWV het Werkplein Nijverdal per 31 december 2010 wil

sluiten. Het UWV wil daarna een satellietverbinding invullen met 1 fte. De kosten voor de

werkplek komen voor rekening van de gemeente. Voor 1 oktober moet de gemeente hierop

reageren. De gemeente gaat ervan uit dat de UWV het huidige huurcontract uitdient. Het

huurcontract loopt tot en met 2016. Na beëindigen van het huurcontract is de gemeente

bereid om de huisvestingskosten van een fte voor zijn rekening te nemen. Samen met de

gemeente Rijssen-Holten zal de gemeente dit per brief aan het UWV meedelen. Het UWV

heeft nog geen contact met de gemeente opgenomen over het lopende contract. In 2012 is

er een mogelijkheid om het contract te verbreken. Voorwaarde is dat er een wetswijziging

plaatsvindt en dat is tot nog toe niet gebeurd.

 

Verordeningen opstellen en aanpassen om de Wet investeren in Jongeren (WIJ) per 1 oktober te kunnen implementeren

De heer Van der Straat (VVD) merkt op dat de gemeente zelf de uitvoering mag invullen.

De heer Van der Straat mist beleid op dit punt. De heer Van der Straat vraagt wat het

verschil in aanpak is tussen de WWB en de WIJ. Is het zo dat er bij de WIJ geld is

gereserveerd speciaal voor jongeren en dat dit bij de WWB wordt weggehaald? De heer

Van der Straat heeft het idee dat de WWB en WIJ een overlappend geheel zijn.

Er wordt de suggestie gedaan om de jongeren een leerwerkovereenkomst aan te bieden.

Het is algemeen bekend dat de werkplekken voor jongeren schaars zijn terwijl het aantal

jongeren dat van de regeling gebruik wil maken toeneemt. Het werk wordt steeds minder.

Vraag is hoe dit met elkaar wordt gecombineerd.

Er wordt gezegd dat er een gerichte opleiding kan worden aangeboden. Tegen mensen die

willens en wetens een bepaalde opleiding hebben gekozen wordt nu gezegd ga een

andere richting kiezen waarin wel werk is te vinden. Hoe wordt er omgegaan met mensen

die geen andere richting willen kiezen?

 

De heer Van Pijkeren (ChristenUnie) constateert dat de WIJ een wezenlijk andere benadering heeft dan de WWB. Geen uitkering tenzij. Het is leren of werken en leren en werken kan ook. Het lijkt de ChristenUnie-fractie een prima idee. Het einddoel is een duurzame arbeidsparticipatie. De gemeente is verplicht om een werkleeraanbod te doen en dit vast te leggen in een ontwikkelingsplan. De heer Van Pijkeren vraagt of de wethouder in deze crisistijd met oplopende werkloosheid hiertoe mogelijkheden ziet. Zijn stageplekken, werkplekken en opleidingsplekken te vinden?

 

De heer Beintema (CDA) meld dat de CDA-fractie het voorstel heeft bekeken vanuit het oogpunt dat de verordeningen moeten worden aangepast als gevolg van een wetswijziging. Met de technische aanpassing heeft de CDA-fractie geen moeite. Veel belangrijker is wat er mee gedaan wordt. Hoe wordt er gekozen voor een aanpak die recht doet aan de bedoeling van de wet? De CDA-fractie is van mening dat alle re-integratieactiviteiten in de gemeente op een rij moeten worden gezet en bekeken moet worden hoe het voor alle doelgroepen moet worden aangepakt. Het college moet naar de mening van de CDA-fractie op korte termijn met de commissie en raad overleggen over hoe een en ander moet worden gerealiseerd. In de vergadering van voor de zomervakantie hebben diverse partijen voorstellen gedaan over maatregelen met betrekking tot de aanpak van de jeugdwerkloosheid. De CDA-fractie heeft toen aandacht gevraagd voor jeugdwerkloosheidaanpak in Twente. De heer Beintema vraagt of de regio ook een convenant heeft afgesloten met de staatssecretaris. De CDA-fractie heeft voorgesteld om versneld te investeren in woningbouw en onderhoud van scholen. De wethouder heeft toen met betrekking tot alle zaken die zijn aangemeld aangegeven dat het onderzocht zou worden. De heer Beintema wil weten wat eraan gedaan is. Het gaat om de lijn en het beleid achter de verordening.

 

De heer Op den Dries (GroenLinks) constateert dat het weer gaat om een maatregel die vanuit Den Haag richting gemeente komt. Den Haag zorgt er niet voor dat er nieuwe instrumenten komen voor jongeren om de participatie op te pakken. Het gaat om een bezuiniging van 143 miljoen euro. Dit betekent dat er veel werk op de gemeente af komt. De heer Op den Dries mist de visie waarin gelezen kan worden wat de gemeente daadwerkelijk gaat doen. Alleen de verordeningen worden aangepast. De heer Op den Dries wil weten waarom het college hiervoor kiest. De heer Op den Dries heeft een aantal vragen:

-Hoeveel jongeren tot 27 jaar hebben op dit moment een WWB uitkering.

-Welk aanbod krijgen ze nu aangeboden.

-Welk aanbod wordt er na 1 oktober gedaan.

-Wet gaat de gemeente Hellendoorn doen met de jongeren die de

-bijstandsaanvraag niet doorzetten.

-Wanneer gaat de gemeente Hellendoorn de wet WIJ evalueren en op basis van welke criteria.

 

In de re-integratieverordening artikel 3 lid 7 staat dat er een eigen bijdrage gevraagd kan

worden. De heer Op den Dries vraagt op basis van welke criteria dit gebeurt. In artikel 7 van de re-integratieverordening gaat het over budget-en subsidieplafonds. In lid 2 staat dat het college ook een plafond kan instellen voor het aantal personen dat in aanmerking komt voor een bepaalde voorziening. De heer Op den Dries vraagt of dit in belang is van de jongere zelf. In artikel 3 staat dat ANW-ers en Nuggers minimaal 12 uur per week beschikbaar moeten zijn voor algemeen geaccepteerde arbeid. De heer Op den Dries vraagt waarom deze keuze wordt gemaakt

 

De heer Kleinmeulman (PvdA) vindt het een prima idee dat er voor gezorgd wordt dat iedereen of leert of aan het werk gaat. De heer Kleinmeulman vraagt hoe flexibel er wordt omgegaan met jongeren die ontdekken dat de gekozen opleiding hen niet ligt. Kan men van opleiding veranderen en hoe vaak kan

dat?  Op pagina 4 onderaan de derde alinea staat dat getoetst wordt op de vrijlating van een bescheiden vermogen. De heer Kleinmeulman vraagt wat hiermee wordt bedoeld en wie het toetst. In de verordening zelf op pagina 5 artikel 3 punt 1 wordt gesproken over zelfstandige maatschappelijke participatie. De heer Kleinmeulman vraagt of hieronder ook het vrijwilligerswerk valt. Naar aanleiding van pagina 6 artikel 7 punt 3 vraagt de heer Kleinmeulman of er op het moment dat er middelen worden overgeheveld van het ene naar het andere budget de raad hiervan in kennis wordt gesteld.

 

Mevrouw Knobben (GemeenteBelangen) constateert dat het gaat om regelgeving die van bovenaf wordt opgelegd en niets toegevoegd. In het voorstel op pagina 5 staat dat het stuk op 7 september in het Cliëntenplatform voor advies is voorgelegd. Mevrouw Knobben vraagt hoe het advies eruit ziet.

Mevrouw Knobben mist in het stuk de verplichtingen van ouders voor met name de groep kinderen van 16 en 17 jaar en de 18 tot 21 jarigen. Ook de fractie van GemeenteBelangen wil een evaluatie en dat aan de hand van criteria.

 

 

Mevrouw Endeman (BurgerBelang) vraagt waarom de regeling niet geldt voor alle jongeren tot 27 jaar. Waarom vallen de jongeren van 16 en 17 jaar buiten de regeling. Mevrouw Endeman vraagt om hoeveel jongeren het gaat in de gemeente Hellendoorn en hoeveel jongeren er gebruik zullen gaan maken van het aanbod. Een andere vraag is hoe hard het aanbod is. Mevrouw Endeman vraagt of er na een jaar geëvalueerd kan worden en of de resultaten hiervan teruggekoppeld kunnen worden naar de commissie. Het gaat om een nieuwe wet waarin nog allerlei kinderziektes naar boven kunnen komen zodat er over een jaar nog eens naar moet worden gekeken en waar nodig aangepast.

 

Wethouder Roskam beaamt dat het gaat om een wettelijke verplichting. Een aanvulling op de WWB. Het verschil is dat er nu een werkplicht aan de uitkering vast zit. Het is voor de jongeren goed om te participeren in de samenleving. De gemeente gaat wat betreft de uitvoering gewoon op de ingeslagen weg verder via de re-integratietrajecten die de gemeente heeft afgesloten met het React. Er zijn 32 jongeren in de gemeente Hellendoorn mee bezig. Er zijn op dit moment geen jongeren die niets

doen. Bij React zal men merken waarvoor iemand geschikt is. Er wordt maatwerk geboden. Het is belangrijk dat jongeren een diploma ontvangen. Als er voortijdig wordt afgehaakt wordt er contact opgenomen met het Regionaal Meld en Coördinatiepunt (RMC). Daar is ook een leerplichtambtenaar. Jongeren worden gevolgd tot zij 23 jaar zijn. Er is wat gedaan met de voorstellen die voor de vakantie zijn gedaan. Er is contact geweest met het React. Er wordt veel in de regio samengewerkt met Platvorm Onderwijs Werk en Inkomen (POWI) en het Platform Onderwijs. Er worden veel plannen gemaakt richting de jongeren zodat ze aan het werk geholpen kunnen worden. Er is een regionaal arbeidsmarktbeleid voor jongeren opgezet. Er is overleg met ondernemers. Het Twentse convenant is van de grond gekomen. Er is regelmatig overleg met het Regionaal Arbeidsplatform. Het college doet er alles aan om zo veel mogelijk middelen ter beschikking te krijgen om zo de jongeren de mogelijkheid te bieden op werk.

 

Mevrouw Endeman (BurgerBelang) brengt naar voren dat er door de recessie overal banen tekort zijn. Mevrouw Endeman vraagt hoe dit richting de jongeren wordt opgepakt.

 

De wethouder antwoordt dat dit gebeurt door contact te zoeken met werkgevers, het Platvorm Onderwijs Werk en Inkomen. Het college zoekt op allerlei mogelijke manieren naar middelen zodat er zoveel mogelijk gelden vrijkomen. Onderwijsfondsen worden aangesproken. De oplopende werkloosheid is een probleem. Het is niet bekend hoe de toekomst er uit gaat zien. Het college probeert zoveel mogelijk te anticiperen door gezamenlijk op te trekken. Het re-integratietraject dat de gemeente aanbiedt loopt goed. Als het gaat om afhakers is het zo dat dan het Regionaal Opleiding Centrum (ROC) en RMC worden ingeschakeld. Er is een regionale leerplichtambtenaar aangesteld.

Als jongeren lopende het jaar een andere cursus willen gaan volgen wordt daarop ingespeeld. Een handhavingprogramma dat wordt toegepast op de Wet werk en bijstand.(Wwb) kan ook op deze situatie worden toegepast. De wethouder zegt toe dat er over een jaar wordt bekeken hoe de wet werkt en dat de commissie een evaluatie krijgt.

 

De heer Koolhaas beantwoordt de inhoudelijke vragen. Als er te weinig budget is kunnen er twee dingen gebeuren. Of er wordt meer budget ter beschikking gesteld of er wordt een maximum gesteld aan het aantal deelnemers. Dit is nog niet ingevuld in de verordening omdat de gemeente hoopt er geen gebruik van te hoeven maken. Als het niet in de verordening wordt opgenomen dan is er sprake van een openeind regeling. Het wordt in heel Nederland op deze manier gedaan. Beneden de 12 uur hebben mensen een eigen verantwoordelijkheid om in te vullen. Er zijn grenzen aan wat wel of niet geboden kan worden. Het vrij gelaten vermogen is een term in het kader van de bijstandsverlening. Wat vroeger bijstandsverlening was is nu de WIJ. Op het moment dat iemand te veel vermogen heeft is

er geen recht op een uitkering. Het is op dit moment een heel juridisch geheel. Er is voor gekozen om het zo snel mogelijk te regelen. Er zullen de komende tijd best wel wijzigingen komen. Op regionaal niveau is er een plan waarover met de minister verder wordt overlegd om voor Twente te komen tot een eensluidende aanpak voor de jeugdwerkloosheid. De jongeren van 16 en 17 jaar is een heel andere categorie. In het kader van de WIJ zijn jongeren onder de 18 jaar deel van het gezin en is er geen zelfstandig recht op bijstandsverlening. Er gelden voor deze groep ook heel andere normen met betrekking tot leerplicht. Als mensen een reguliere opleiding kunnen volgen vallen ze onder de regeling van de studiefinanciering. Dit is een voorliggende voorziening. Voor de 32 jongeren die nu onder de regeling vallen moet het nodige maatwerk worden geregeld. Er zijn jongeren die psychisch in de knel zitten, of lichamelijk in de knel zitten of een combinatie van beide. Dit betekent dat er heel veel individuele trajecten zijn. De verwachting is wel dat er een andere categorie jongeren bij komt. Jongeren waar geen werk voor is en die werkloos zijn omdat de arbeidsmarkt zo slecht is. De samenwerking met het bedrijfsleven wil de gemeente Hellendoorn regionaal oppakken om te voorkomen dat men elkaars concurrenten wordt.

 

Wethouder Roskam meldt dat het Cliëntenplatform akkoord is gegaan met de wetswijziging.

 

Tweede termijn

 

De heer Op den Dries (GroenLinks) meldt dat hij onder afhakers verstaat jongeren die wel

een bijstandsaanvraag starten maar deze aanvraag niet doorzetten. De ‘kan bepaling’ van

artikel 3 lid 7 gaat erover dat het college een eigen bijdrage kan vragen voor de

voorzieningen. De heer Op den Dries vraagt op basis van welke criteria dit gebeurt.

 

De heer Kleinmeulman (PvdA) vraagt hoe de concurrentie tussen de gemeenten wordt

tegengegaan.

 

Mevrouw Knobben (GemeenteBelangen) merkt op dat haar vraag over de relatie ouders

kinderen niet is beantwoord. Het gaat om de wettelijke verplichting van ouders richting

kinderen als het gaat over naar school gaan, werken enz.

 

Mevrouw Endeman (BurgerBelang) stelt dat de wethouder heeft gezegd dat het

Cliëntenplatform akkoord gaat met de wet. Mevrouw Endeman is van mening dat het

Cliëntenplatform niets kan vertellen over een wet die is opgelegd door het Rijk.

Mevrouw Endeman vraagt wat de toekomstmogelijkheden zijn als de gemeente geen

leerwerktrajecten meer heeft. Stel dat er dan dertig nieuwe jongeren zich aanmelden

waarvoor geen leerwerkplek is geldt voor deze jongeren dan ook dat er eerst een

leerwerkproject moet worden gevonden of kan er op een andere manier nog iets worden

gerealiseerd.

Mevrouw Endeman vraagt of een jongere van 16 jaar met Havodiploma die geen werk kan

vinden ook wordt meegenomen in het leerwerktraject.

 

De heer Beintema (CDA) meldt dat de CDA-fractie kan leven met de opzet van de

verordening met name als het gaat om de opzet van de ‘kan bepaling’. Het is een soort

achtervang om in voorkomende gevallen problemen te voorkomen.

De heer Beintema gaat ervan uit dat dit niet te snel gaat gebeuren.

De heer Beintema begrijpt dat het convenant voor de regio bijna klaar is en binnenkort

getekend zal worden.

De CDA-fractie is van mening dat het zeer belangrijk is dat het lokale bedrijfsleven wordt

benut om plaatsen te creëren.

De heer Beintema stelt dat de wethouder niet heeft gereageerd op de vraag wat er gedaan

kan worden met de extra gelden die vanuit het Rijk richting gemeenten vloeien. Het gaat

dan bij voorbeeld om onderhoud van schoolgebouwen, het binnenmilieu.

Als de gemeente gebruik kan maken van extra financiële middelen naast de middelen die

de gemeente al gebruikt voor onderwijshuisvesting dan kan er tegelijk met het versnel

uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden een plaats worden gezocht voor deze groepen.

De heer Beintema heeft hierop geen reactie gehoord van de wethouder.

Binnenkort komt het Integraal Huisvesting Plan (IHP) 2010. De CDA-fractie wil graag dat

bovengenoemde extra mogelijkheden in het IHP worden meegenomen om zo te bekijken

of er extra plaatsen gecreëerd kunnen worden.

 

Wethouder Roskam meldt met betrekking tot de ‘afhakers’ dat de eigen verantwoording

ook een rol speelt. Als mensen wel een uitkering willen maar niet willen werken zijn er pressiemogelijkheden om jongeren actief te houden. Ook met lokale ondernemers worden goede contacten onderhouden. Het is zo dat gemeenten elkaar ook grensoverstijgend nodig hebben. Daar waar iets lokaal misschien niet lukt kan er regionaal wel een mogelijkheid zijn.

 

De heer Koolhaas geeft aan dat bij team Werk en Zorg de gemeente ook zelf mensen heeft

die contacten onderhouden met het bedrijfsleven. Er wordt nauw samengewerkt met het

UWV. Vacatures worden ook zelf ingevuld. Het is wel zo dat er steeds minder vacatures

zijn. Er is nog een andere probleem en dat moet regionaal worden opgepakt. Er zijn

opleidingen waarbij vier dagen wordt gewerkt en een dag naar school wordt gegaan. Dit

zijn opleidingen waarvoor bepaalde bedrijfstaken nodig zijn.

Er zijn opleidingen waarbij mensen een opleiding volgen in Raalte, Almelo of Zwolle. Er

worden op regionaal niveau afspraken gemaakt.

 

Wethouder Roskam meldt dat ouders via de leerplichtambtenaar en het Leerplichtverslag bij de ontwikkelingen rond hun kind worden betrokken. Voor de groep kinderen van 18 jaar tot 23 jaar is er de RMC en de leerplichtambtenaar. Het Cliëntenplatform is een adviesorgaan dat opkomt voor de belangen van de zwakkere groepen. Het is van groot belang dat het Cliëntenplatform akkoord kunnen gaan met het beleid dat de gemeente voert. De gemeente koopt leerwerktrajecten in bij React en React zorgt dan voor werk voor jongeren. Het is zo dat 16 en 17 jarigen een beroepsopleiding kunnen volgen. Zij hebben dan geen recht op bijstand. De extra middelen die het Rijk geeft voor het verbeteren van het binnenklimmaat op scholen bedragen 165 miljoen. Het is wel zo dat 40% door de gemeente zelf bekostigd moet worden. Wat betreft het IHP is het zo dat er gezocht wordt naar middelen om het binnenklimaat van scholen te verbeteren. Op het moment is niet bekend of en zo ja hoeveel extra werkgelegenheid gecreëerd kan worden.

 

Conclusie: het stuk kan door naar de raad.

 

Verzoek om medewerking bij realisatie kunstwerk Landmark Haarle

Inspreker bij dit is de heer Kemper. De heer Kemper vertegenwoordigt de werkgroep van de commissie Haarle Kreatief. De werkgroep heeft in Haarle al meerdere projecten op het gebied van kunst ontwikkeld. voorbeelden zijn het beeld “ Haarlenaren en hun omgeving” en de “Milleniumbank”. In 2004 is de werkgroep aan de slag gegaan met een derde kunstwerk. Dit kunstwerk

behandelt het waterniveau in Haarle, de relatie met water en land. Remy Jungerman heeft

een ontwerp gemaakt. Het is een ontwerp van twee kikkervormen van in totaal acht meter hoog.

De gemeente Hellendoorn heeft geen toestemming gegeven om het beeld in het water te

plaatsen. Bij de gemeente ligt sinds dit voorjaar een aanvraag voor een bijdrage van 10.000 euro

aan het kunstwerk. Inmiddels hebben de volgende bedrijven een bijdrage toegezegd:

-Waterschap Groot Salland (10.000 euro)

-Rabobank (2.500 euro)

-Sallandse Wegenbouw

-Plaatselijk Belang Haarle

-Plaatselijk Luningfonds

De gemeente Hellendoorn heeft nog niets toegezegd. Er heeft een themasessie plaatsgevonden bij Burgemeester en Wethouders. De PowerPoint presentatie is goed ontvangen en leverde positieve reacties op. Het bedrag dat het college voorstelt om bij te dragen bedraagt 2.676 euro. Als dit voorstel

wordt overgenomen is er nog een tekort van 7.324 euro. De werkgroep is doorverwezen naar de Dorps Ontwikkel Plan (DOP) gelden. Er is inmiddels contact geweest en het verzoek is afgewezen. De reden van de afwijzing zal op schrift aan de werkgroep worden meegedeeld. De werkgroep is heel blij dat de gemeente positief tegenover het plan staat en het kunstwerk over wil nemen. De werkgroep is ook blij met het toegezegde geld. De werkgroep is wel teleurgesteld over het feit dat de 7.324 euro er niet is.

 

De heer Op den Dries (GroenLinks) is er van overtuigd dat het kunstwerk een verrijking van het landschap kan zijn. De heer Op den Dries vraagt hoe ver het is met de percentageregeling die de gemeente in voorbereiding heeft. Vooruitlopend op deze regeling heeft de gemeente een reserve Kunst ingesteld. Het saldo hiervan bedraagt 1.038 euro. Van deze reserve wordt gebruik gemaakt voor het project Kunstwerk Haarle. De heer Op den Dries vraagt hoe er in de toekomst met eventuele aanvragen omgegaan zal worden. De heer Op den Dries vraagt of er een kunstbeleid is in de gemeente Hellendoorn. De heer Op den Dries heeft vraagtekens bij het doorverwijzen door de gemeente naar de

DOP-gelden. Het betreft een autonoom budget en aanvragen behoren van Haarlenaren

zelf te komen. De fractie van GroenLinks vindt het jammer dat er sprake is van een tekort.

 

Mevrouw Knobben (GemeenteBelangen) merkt op dat in het stuk aan de raad niet het hele

advies is overgenomen. Met name de onderste alinea die begint met de woorden “ Een

eventuele schenking “ zou ook overgenomen moeten worden in het raadsvoorstel.

Mevrouw Knobben kan zich voorstellen dat de gemeente het bedrag van de subsidie om

een aantal redenen heeft aangepast. Het doorverwijzen naar de DOP vindt mevrouw

Knobben een goed voorstel. Mevrouw Knobben is heel benieuwd naar de reden waarom

het verzoek is afgewezen.

Het gaat om een geweldig initiatief en mevrouw Knobben hoopt dat het gerealiseerd kan

worden.

 

De heer Hobert (BurgerBelang) is van mening dat het idee en de aanpak van de werkgroep

uit Haarle een schoonheidsprijs verdient. Het plan is goed doordacht en is goed opgepakt.

De heer Hobert is van mening dat er sprake is van verschuiven van verantwoordelijkheden.

Het is jammer dat er geen kunstbeleid is in de gemeente. De gemeente wil dat de burgers

gaan samenwerken en samen initiatieven ontwikkelen in het kader van synergie, sociale

cohesie, zelf werkzaamheid en zelfredzaamheid. Het college legt de verantwoordelijkheid

gewoon neer bij de DOP gelden. Deze gelden zijn voorbestemd voor bepaalde plannen en

acties. De voorzitter van de DOP gelden heeft aangegeven dat het heel gemakkelijk is om

de verantwoordelijkheid door te schuiven naar de DOP gelden. Het is gewoon het

verschuiven van een financieel probleem. Als de aanvraag wordt gehonoreerd kunnen

andere plannen niet worden verwezenlijkt. De fractie van BurgerBelang sluit zich aan bij de

vragen van GroenLinks.

De heer Hobert vraagt aan de wethouder of er bij de beoordeling van de aanvraag de

subsidioloog ook is ingeschakeld en of er contact is geweest van de wethouder die DOP

Haarle in haar portefeuille heeft.

 

De heer Van Pijkeren (ChristenUnie) geeft aan dat de ChristenUnie-fractie in principe

positief tegenover het voorstel staat. De heer Van Pijkeren vraagt zich af of van

toekenning een precedentwerking uitgaat.

De heer Van Pijkeren vraagt wanneer de percentage regeling voor dit soort initiatieven er

komt. Als de regeling er is verdwijnt wellicht ook het gevaar voor de precedentwerking.

Het gebruik van DOP gelden vindt de ChristenUnie-fractie een goed idee. Als Haarle

besluit om de DOP gelden ergens anders voor te gebruiken zullen de Haarlenaren in staat

zijn om op een creatieve manier het ontbrekende geld binnen te halen.

 

De heer Blikman (CDA) ziet aan de ene kant de werkgroep en aan de andere kant de

gemeente die gewoon geen geld heeft. In het verleden was er een kunstpot van ongeveer

 

40.000 euro. Deze pot is leeg mede door het Huis voor Cultuur en Bestuur. Er ontstaat een

dilemma als de gemeente hier niet op heeft geanticipeerd met het maken van beleid.

Ander punt is het DOP dat niet meewerkt. De heer Blikman vraagt zich af of de DOP

gelden kunnen worden verdeeld over een periode van drie jaar. Een bedrag van 2.500

euro per jaar moet op te brengen zijn.

Het is natuurlijk wel zo dat het college beleid op dit gebied moet maken.

De heer Kleinmeulman (PvdA) vindt het jammer dat het project op een bedrag van 7.500

euro moet vastlopen. Een verdeling van DOP gelden over een periode van drie jaar is

misschien een optie.

De heer Kleinmeulman is ook benieuwd naar de antwoorden van de wethouder over het

kunstbeleid.

 

Wethouder Roskam bedankt de heer Kemper voor zijn inspraakreactie.

De wethouder is ook van mening dat het kunstwerk een verrijking voor het landschap zou

zijn. Er is wat betreft de subsidietoekenning geen financiële koppeling met de provincie meer

mogelijk. De ‘Vuur en Vlam’ gelden zijn er niet meer. De wethouder kan niet zeggen wanneer de nota over de percentageregeling aangeboden zal worden. Over de stand van zaken op dit punt zal de wethouder de commissieleden schriftelijk informeren. De wethouder is van mening dat er geen sprake is van het verschuiven van verantwoordelijkheden. De gemeente heeft zijn verantwoordelijkheid genomen en die middelen toegekend die beschikbaar waren. De incidentele subsidie en het fonds Reserve Kunst is aangesproken. Als er niet meer geld beschikbaar is kan er ook niet meer worden toegekend. De subsidiecoördinator is om advies gevraagd. Mevrouw Paalman de wethouder met DOP Haarle in haar portefeuille is op de hoogte van het attent maken van de werkgroep op de DOP gelden. De DOP gelden bedragen 16.000 euro op jaarbasis. De precedentwerking die van deze toekenning uit kan gaat is dat iemand anders ook een beroep kan doen op de incidentele subsidie. Als iemand aan de voorwaarden voldoet en er nog geld beschikbaar is kan de gemeente een aanvraag honoreren.

 

Tweede termijn

De heer Kemper is blij dat iedereen heel erg positief is over het initiatief. Het is jammer dat het geld er gewoon niet is. Het voorstel om een toekenning via de DOP over drie jaar uit te smeren is geen goede optie. De werkgroep is al een jaar of vijf bezig. Het Waterschap heeft ook aangegeven dat er al jaren gewacht wordt. De termijn waarvoor de Rabobank het geld beschikbaar stelt verloopt ook binnenkort.

Er zal op korte termijn contact worden opgenomen met de kunstenaar om te bekijken of met de beschikbare gelden het project kan doorgaan. De heer Kemper is het eens met de stelling dat er binnen de gemeente hard gewerkt moet worden aan een subsidieregeling voor kunst.

 

De heer Op den Dries (GroenLinks) vraagt hoe de opspringende kikker past in het overall kunstbeleid van de gemeente Hellendoorn. De heer Op den Dries vraagt of de veronderstelling klopt dat dit beleid er niet is. Als de gemeente al een paar jaar weet dat er beleid moet worden gemaakt en dat is niet

gebeurd dan is er een verantwoordelijkheid gemist. De heer Op den Dries vindt het jammer dat er niets wordt gezegd over de manier waarop aan het kunstbeleid invulling gegeven gaat worden.

 

Mevrouw Knobben (GemeenteBelangen) heeft geen antwoord gekregen op de vraag of de ‘derde alinea’ ook in het raadsvoorstel opgenomen zal worden. Mevrouw Knobben vraagt of de wethouder weet waar de DOP gelden heen gaan. Mevrouw Knobben is van mening dat er gekeken moet naar de mogelijkheid om nog ergens gelden vandaan te halen. Er is weinig geld en de middelen die er zijn moeten positief worden ingezet als het gaat om dingen die al heel lang op stapel staan.

 

De heer Hobert (BurgerBelang) vindt het jammer dat Haarle zich weer zelf moet bedruipen. De fractie van BurgerBelang is van mening dat de wethouder niet haar verantwoordelijkheid heeft genomen. De heer Hobert is van mening dat de gemeente niet kan overgaan tot herdefiniëring van toegekend DOP geld van een lokale kern. De heer Hobert wil weten wanneer de percentageregeling feitelijk aan de commissie word

aangeboden.

 

De heer Blikman (CDA) sluit zich aan bij de heer Hobert. Richting de heer Kemper stelt de heer Blikman voor om de gemeente de 7.500 euro aan de DOP te laten lenen en dat de DOP het vervolgens in drie jaarlijkse termijnen aan de gemeente terugbetaalt.

 

Ter interruptie

De heer Hobert (BurgerBelang) is van mening dat het idee van de heer Blikman aardig lijkt. Blijft staan dat DOP gelden zijn bedoeld voor gestickerde plannen die als high lights uit het Dorps Ontwikkeling Plan zijn gehaald. Als er nu geld uit de DOP wordt gehaald dan moet er in de gestickerde plannen worden geschoven. De fractie van BurgerBelang is van mening dat dit niet moet gebeuren.

 

Wethouder Roskam geeft aan dat er niet meer middelen beschikbaar zijn. Was dat wel het geval geweest dan waren de middelen zeker beschikbaar gesteld. Het toezeggen van die middelen die beschikbaar zijn is het nemen van verantwoordelijkheid. De wethouder kan op dit moment geen datum noemen waarop de nota Percentageregeling aan de commissieleden zal worden voorgelegd.

De alinea die mevrouw Knobben toegevoegd wil zien aan het raadsvoorstel zal worden toegevoegd.

Mevrouw Paalman is de wethouder die gaat over de DOP gelden. Haarle heeft een centrumplan ontwikkeld en daar zijn DOP gelden mee gemoeid. De wethouder geeft verder aan dat het niet onder haar portefeuille valt. De burgers, de wijkverenigingen en de dorpsontwikkelingsplannen hebben hun eigen verantwoordelijkheid. Kunstbeleid past hier heel goed in. Als Haarle het belangrijk vindt kunnen zij geld reserveren voor kunst. Het lijkt de wethouder geen goede optie om de DOP gelden voor te financieren. Elke kern ontvangt DOP gelden. Er wordt een aanvraag voor gedaan richting gemeente. Binnen de gemeente is bekend welk geld waarvoor gebruikt wordt. Elke DOP dient een begroting in.

 

De voorzitter geeft aan dat iedere DOP autonoom is in de eigen afwegingen.

 

Conclusie: het voorstel kan door naar de raad.

 

Benoeming lid Programmaraad Lokale Omroep Hellendoorn

Conclusie: het stuk gaat als hamerstuk door naar de raadsvergadering. Dit geldt niet voor

de benoeming want daar moet over gestemd worden.

 

Leerplichtverslag 2008-2009

Mevrouw Knobben (GemeenteBelangen) geeft aan dat op pagina 12 de stichting Adhesie

wordt genoemd. Dit is inmiddels de stichting Dimence.

Het is goed dat het aantal leerplichtzaken verminderd. Het is prettig om te weten dat

scholen steeds meer hun verantwoordelijkheid nemen door het inschakelen als dat nodig s

van de leerplichtambtenaar.

Mevrouw Knobben is blij met het stuk dat voorligt.

 

 

Mevrouw Endeman (BurgerBelang) vindt goed dat er goed gereageerd wordt op voortijdig

schooluitval. Het is goed dat er een inhaalslag is gemaakt met betrekking tot de

leerlingenadministratie. De fractie van BurgerBelang begrijpt dat er nog steeds een

probleem is om bij het vervolgonderwijs een goed beeld te krijgen van de leerlingen die

zonder geldige reden afwezig zijn. Mevrouw Endeman vraagt of hiervoor in de toekomst

nog een verbetering komt.

 

De heer Kleinmeulman (PvdA) constateert dat de leerplichtambtenaar een preventieve

werking heeft. De heer Kleinmeulman vraagt of er iets meer verteld kan worden over het

zorgadviesteam (ZAT).

 

De heer Op den Dries (GroenLinks) vraagt hoe veel jongeren er zijn in de gemeente Hellendoorn zonder startkwalificatie.

 

Wethouder Roskam bedankt voor de positieve reacties en zij zal ze overbrengen. De door mevrouw Knobben aangedragen verandering zal worden verwerkt. In het ZAT komen politie, leerplichtambtenaar, het algemeen maatschappelijk werk en de GGD bij elkaar. Er wordt een algehele zorg om het kind heen gelegd. Het is persoonsgebonden. Het ZAT is er ook voor kinderen van 0 tot 4 jaar en van 4 tot 12 jaar. Dit wordt opgezet in het kader van het Centrum voor Jeugd en Gezin.

De wethouder zal navragen hoeveel jongeren er zijn zonder startkwalificatie.

 

 

Conclusie:

het stuk kan als hamerstuk door naar de raad.

 

« Terug

Reacties op 'raadscommissie Samenlevingszaken 15 september 2009'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.